Waarom ik de rechtbank Amsterdam heb gewraakt in mijn zaak tegen de UvA

3 minuten

read

Begin volgende week is de zitting over mijn wraking van de kantonrechter die mijn ontslagzaak behandelde. Mijn ontslagzaak gaat over de vraag wie verantwoordelijk is voor de verstoorde arbeidsverhoudingen tussen mij en de UvA, en hoe mijn aanstelling beëindigd zal worden.

Lees meer over de juridische strijd die ik voer tegen de UvA:
Buijs versus UvA: hoe de juridische strijd nu verder zal gaan

Ik vond de rechter tijdens de zitting duidelijk gekleurd en vooringenomen. Ik werd door hem voortdurend kritisch aan de tand gevoeld; de UvA niet. En dat terwijl ik de UvA van ernstige zaken beschuldig: institutionele mishandeling en institutioneel geweld. De rechter toonde daar geen moment echt interesse in.

Wel moest ik voortdurend op het matje komen omdat ik mijn boosheid niet altijd onder controle had, terwijl ik daar al vele malen en ook in die zitting introspectie over getoond had en verantwoordelijkheid voor genomen heb.

Ik vond het opmerkelijk dat het averechts werkte dat ik verantwoordelijkheid nam voor de fouten die ik heb gemaakt als klokkenluider. Ik vind het zelf belangrijk introspectie te tonen op waar ik zelf uit de bocht vloog, en om te leren van hoe ik beter om kan gaan met mijn boosheid. Maar deze rechter leek dat vooral als schuldbekentenis op te vatten, wat vervolgens in de zitting herhaaldelijk tegen mij werd gebruikt.

Ik merk dat elke zitting mij erg veel energie kost. Niet alleen doordat de voorbereidingen met mijn advocaat en juridisch team elke keer vele uren in beslag nemen, maar ook doordat ik in de zitting zelf (net als in het kort geding dit voorjaar) niet het gevoel krijg dat er echt naar me wordt geluisterd.

Er is door de peperdure advocaten van de UvA een hardnekkig beeld over mij gecreëerd waarin ik ernstig gedemoniseerd word. De UvA heeft er natuurlijk belang bij mijn persoon en gedrag als de oorzaak van het arbeidsconflict weg te zetten in plaats van het feit dat ik misstanden aankaartte. Vandaar dat zij het vergrootglas leggen op elke fout die ik maakte, en dat ze alle fouten die zijzelf maakten juist verstoppen.

De wijze waarop de UvA mij bejegent tijdens deze ontbinding vind ik vol tegenstrijdigheden. De UvA wijst er enerzijds steeds op dat ik als klokkenluider misstanden mag aankaarten, en dat mijn ontslag daar niets mee te maken heeft. Aan de andere kant eist de universiteit in deze ontslagzaak van mij dat ik mijn melding bij het Huis voor Klokkenluiders in Den Haag intrek.

Lees meer over de eis van de UvA dat ik mijn klokkenluidersmelding intrek:
Verklaring: wraking rechtbank in zaak Buijs versus UvA

De UvA wilde dat tijdens de schikkingsonderhandelingen zelfs opnemen in de vaststellingsovereenkomst, ook al is dat een nietige bepaling. Deze keiharde opstelling is de reden dat deze rechtszaak überhaupt plaatsvindt. Ook hier werd de UvA door de rechter tijdens de zitting niet op aangesproken, terwijl ik mij wel meerdere malen door hem onder druk gezet voelde mijn klokkenluidersmelding in te trekken om zo alsnog tot een schikking met de UvA te komen.

Het machtsverschil tussen mij als eenling en de UvA als instituut is enorm. Er ligt in mijn ogen dan een extra verantwoordelijkheid bij de rechter om dat ter zitting geen rol te laten spelen. Het is dan belangrijk dat de rechter door de beeldvorming heen prikt, zorgvuldig naar de feiten kijkt, en goed de tijd neemt voor hoor en wederhoor.

Ik ga niet over de beslissing die een rechter maakt, maar ik vind wel dat beide partijen een eerlijke kans moeten krijgen om hun kant van het verhaal te vertellen. Naar mijn gevoel heb ik die kans van deze rechter niet gekregen, en dat zal ik volgende week ook onderbouwen tijdens de zitting van de wrakingskamer.

Ontdek meer van Laurens Buijs

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder